Artikelindex

Concept van het klantenorderontkoppelpunt

In het KOOP-concept worden in beginsel vijf mogelijke ontkoppelpunten aangegeven. Deze ontkoppelpunten bewegen zich tussen de twee uitersten, namelijk:

  • het wachten tot een klant met een order komt en dan gaan ontwerpen, inkopen en produceren;
  • het op voorraad leggen van alle door de markt gewenste artikelen en dus meteen leveren als de order binnenkomt.

Buiten deze twee uitersten zijn er nog drie andere punten in de keten. Schematisch zijn deze weergegeven in figuur 1.

 Figuur 1. Vijf plaatsen waar het klantenorderontkoppelpunt (KOOP) kan liggen

Figuur 1. Vijf plaatsen waar het klantenorderontkoppelpunt (KOOP) kan liggen

Ter illustratie van de verschillende ontkoppelpunten zijn hier enkele voorbeelden opgenomen.

OP1 Maken en verzenden uit lokale voorraad
De organisatie produceert op eigen risico en stuurt de producten naar de 'nog niet'-afnemers. Standaardproducten met een relatief korte leveringstijd (levensmiddelen).
OP2 Maken voor centrale voorraad
De organisatie produceert en legt de producten op voorraad. Dure duurzame standaardproducten (duurzame verbruiksgoederen zoals koelkasten, wasmachines, enzovoort).
OP3 Assembleren op order
De organisatie houdt de componenten van het product op voorraad en assembleert deze op afnemersspecificatie. Modulaire hoofdcomponenten (computerbedrijf, productie van auto's).
OP4 Maken op order
De organisatie heeft grondstoffen en materialen op voorraad en produceert op afnemerspecificatie. Grondstoffen en onderdelen (meubelbranche en grafisch drukwerk).
OP5 Inkopen en maken op order
De productie heeft veelal een projectmatig karakter. Geen voorraden, eventueel afroepcontracten (scheepsbouw).

In één organisatie kunnen voor diverse producten en/of afnemersgroepen diverse ontkoppelpunten voorkomen, afhankelijk van de karakteristieken van deze producten en van afnemers.